STERVEN EN AFSCHEID NEMEN IN CORONATIJD

Sterven behoort bij het leven, zegt men. Ja, dat is zo. Wie geboren wordt weet – zij het niet in de eerste levensjaren – dat leven eindigt met de dood, en dat het er ooit absoluut van komt. Je hierop voorbereiden kan je misschien in gedachte en soms ook wel door hierover afspraken te maken met partner of familie, maar het moment kennen waarop je de overstap maakt is uitzonderlijk. Heel wat gelovigen bidden ook dat hun sterven vredig en gelaten mag gebeuren, zonder pijn, graag in het bijzijn van familie en liefst thuis. En familieleden hebben meestal dezelfde wens: rustig hun geliefde zien inslapen, samen in dezelfde ruimte, nadat de laatste woorden – die in de herinnering blijven – tegen elkaar gezegd zijn.

Maar dat is in coronatijd helemaal anders. Deze crisis, deze onverwachte en moeilijke tijd, dwingt ons om op een andere manier afscheid te nemen. Nochtans is een mens niet gemaakt om alleen te zijn in tijden van sterven of in tijden van rouw en verdriet. En toch is ‘alleen’ zijn bijna een sleutelwoord op dit moment.
Vele zieken of ouderen sterven zonder nabijheid van hun familie. Gelukkig wordt in ziekenhuizen en woon- en zorgcentra gezocht naar oplossingen. Al is het maar één enkel familielid dat uitgenodigd wordt om – waar het kan en mits naleving van alle veiligheidsvoorwaarden – in de buurt van de stervende te zijn. En waar het niet kan zorgt het personeel vaak zelf voor nabijheid, al is het in een vreemde ‘ruimtevaartuitrusting’. Echt fysiek contact, waar misschien zo naar verlangd wordt, is uitgesloten. Geen knuffel, geen hand vasthouden. Weten dat er toch iemand aanwezig is maakt het verdriet misschien een heel klein beetje lichter. Als christenen weten wij nochtans dat God zijn mensen nooit ‘alleen’ laat. Dus ook niet op zijn stervenspad. Maar dat diepe geloof is in die momenten niet eenvoudig. Het vraagt een grote overtuiging en veel innerlijke kracht.

En dan komt nog de uitvaart. Ook daar is het gevoel van ‘alleen’ zijn vaak aanwezig. Hoe graag zou je als kind, als broer of zus, als ouder misschien, veel mensen uitnodigen om samen afscheid te nemen, een laatste keer rond jouw dierbare zitten en proberen te bidden. Maar noch in een aula bij de begrafenisondernemer, noch in het crematorium, noch in de kerk kan dat. Het aantal aanwezigen wordt erg beperkt. En ook hier geen fysiek contact, geen hand vasthouden, geen zoen, geen knuffel als troost en meeleven. En als mondmaskers moeten is zelfs een gelaatsuitdrukking moeilijk te ‘lezen’. Geen koffietafel nadien om herinneringen op te halen over de overledene, om veel te vertellen, om warmte bij mekaar te voelen en verdriet te delen.

Toch kunnen wij proberen om zelfs in deze coronatijd hoop uit te drukken en te geven. Is dat niet de boodschap van ons christelijk verrijzenisgeloof?
Bij een kerkelijke uitvaart staat die hoop en dat geloof altijd centraal. Ook vandaag blijft dat de kern. Zelfs bij een uitvaart in beperkte kring wordt dezelfde hoopvolle gedachte uitgewerkt dat de dood niet het einde is, dat God er altijd voor ons is en dat wij mekaar ooit zullen terugzien – al zal dat in een andere dimensie zijn. In woorden en in rituelen proberen wij familie een houvast te bieden en willen wij hen laten voelen dat meeleven ook op 1,5 m afstand kan. En ik heb al meermaals ervaren dat een uitvaart in beperkte kring zelfs heel intense gevoelens kan opwekken en erg zinvol kan zijn. Muziekkeuze kan hierbij een grote rol spelen. Bovendien, weten dat er op een later tijdstip een gedachtenisviering gehouden wordt kan mensen ook perspectief geven.

Ook als vriend(in) of kennis kunnen wij onze blijk van troost en meeleven tonen en familie nabij zijn. Misschien is dit een gelegenheid om eens te telefoneren of iets van onze herinnering aan de overledene op papier te zetten, een kaarsje te branden, een stil gebed te doen en ons zo met hen verbonden te weten. En wie weet doet dat de familie meer deugd dan ‘sterkte’ te zeggen bij het condoleren.

Op de drempel van het afscheid wordt het wezenlijke onzegbaar, schrijft Kris Gelaude. En ook deze hoopvolle woorden schrijft zij:
Tijd heelt geen wonden.
Tijd leert je leven
met verdriet.
en wachten zeer geduldig
tot je weer schoonheid ziet
en tot de tederste herinneringen
zo diep vertakt zijn
in je ziel
dat ze die zere plekken
kunnen overgroeien.

Laten wij vooral positief blijven denken. Ooit komt het weer goed!

Lutgart Van Moer
Voorganger in uitvaarten